Vertaal
Vertalingen sich erkälten DE>NL
sich erkälten (ww.) een kou pakken (ww.) ; kou vatten (ww.) ; kouvatten (ww.) ; verkouden raken (ww.) ; verkouden worden (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `sich erkälten`
Voorbeeldzinnen laden....